Radijs

Radijs

Informatie

Radijzen zijn een van de oudste cultuurplaten. In Egypte werden ze al gegeten voor de tijd van de piramiden en ook in China worden ze al vele duizenden jaren geteeld. Bij Grieken en romeinen was de radijs een belangrijk voedingsgewas. Of het in al deze gevallen om radijs of rammenas ging is niet duidelijk en ook van weinig belang: beide groenten zijn varianten van dezelfde plantensoort.

In onze streken hebben de radijzen waarschijnlijk hun intreden gedaan in de zestiende eeuw. Voor de tuinliefhebber is de radijs altijd een prettige teelt die zelden de mist in gaat. Een van de eerste groenten die je de kleine kinderen kan laten zaaien. De opkomst stelt zelden teleur en de groeiperiode kort en deus overzichtelijk.

Radijsjes worden vooral op prijs gesteld als ze lekker knapperig zijn. Naar gelang van het ras en van de groeiomstandigheden zijn ze meer of minder pikant. Die speciale, pikante smaak wordt veroorzaakt door allylisothyiocyanaat, een bestanddeel van mosterdolie. Radijsjes kun je ook in gestoofde en gekookte bereidingen, bijvoorbeeld in aardappelpuree of gekookt als bloemkool. Het loof is ook eetbaar.

Oogsten en bewaren

Radijsjes trek je gewoon met het loof uit de grond. Zodra ze groot genoeg zijn, moet je ze oogsten, anders worden ze voos. Bij rassen met kort loof lijkt het blad nog erg klein terwijl de radijsjes toch volgroeid zijn. Laat je daardoor niet verrassen en begin vroeg genoeg te oogsten.

Radijzen zijn weinig geschikt om te bewaren. Bij gewonnen temperaturen is het loof al na een dag flink achteruitgegaan. Zonder loof kun je ze in de koelkast enkele dagen goed bewaren. Maar die moeten het qua smaak toch afleggen tegen een vers geplukte radijs.

Recept

Koken met radijsjes