Pompoen
Informatie
Pompoen is een vruchtgewas uit de komkommer familie. pompoenen, kalebassen en courgettes zijn afkomstig uit Zuid-Amerika. In dat geslacht vind je vrucht met de dolste vormen en keuren terug, die al dan niet eetbaar zijn. er bestaat nogal wat verwarring over de namen. De aanduiding pompoen kan met de vorm te maken hebben en gaat dan over drie aparte soorten, C. maxima, C. pepo en C. moschata. De naam pompoen wordt ook gebruikt als verzamelnaam.
De eetbare pompoen is een indrukwekkend, kruidachtig gewas en heeft een rankende groeiwijze. de stengels of ranken verspreiden zich over de grond en kunnen nieuwe wortels vormen op de plaats waar ze de grond raken. De wortels reiken ver. Het zijn klimstengels voorzien van hechtranken. Pompoenbladeren zijn groot en niet erg ingesneden. Ze vormen eerst enkel grote, gele mannelijke bloemen met langere steel en vervolgens vrouwelijke bloemen met een duidelijk vruchtbeginsel. Na bevruchting ontstaat een min of eer bolvormige vrucht uit het ronde vruchtbeginsel onderaan de vrouwelijke bloem. als de vrucht rijp is, vormt ze een harde schil. het vruchtvlees wordt met of zonder schil gebakken, gefrituurd, als soepgroente verwerkt of in confituur gebruikt. Voor de liefhebber zij de pitten een delicatesse. De pompoen is een veelzijdige wintergroente. De teelt vraagt weinig moeite en geeft praktisch altijd een goede opbrengst.
Oogst en bewaren
De oogst van pompoenen valt bij voorkeur in oktober. Te vroeg geoogst smaken ze flauw en bewaren ze slecht. Als de steel rimpelig wordt, en groeven of droge barstjes gaat vertonen, dan is de poempoen rijp. Dan snij je de stengel door, ergens dicht bij de steel. dat is veiliger dan de steel zelf door te sijnden of de steel van het gewas te trekken. Want een pompoen met een uitgescheurde steel, zul je niet lang kunnen bewaren. Probeer te oogsten in droge omstandigheden en zorg ervoor de vruchten niet te kneuzen. Anderzijds moeten ze in ieder geval ninnen zijn voor de eerste nachtvorst invalt, want daar kunnen ze absoluut niet tegen.
Alle rijpe, onbeschadigde pompoenen zijn goed te bewaren. Vlekken op de schil zijn een slecht voorteken. Het is namlijke de harde schil, die het vruchtvlees en het zaad zal behoeden voor bederf en al te grote uitdroging. Laat de pompoenen eerst goed drogen. Dat kan in huis of in de definitieve bewaarplaats als die maar goed verlucht is. Door het drogen wodt de schil nog harder. Na één tot drie weken borstel je het zand van de pompoenen en verhuis je ze naar hun bewaarplaats: bijvoorbeeld de zolder of een garage. Om goed te bewaren is een temperatuur van acht tot twaalf graden nodig en een vrij droge ruimte. Kurkdroog is dan ook weer niet goed, want dan drogen de pompoenen uit. Een goed bewaarras kan tot mei goed blijven. Eens opengesneden, bewaart een pompoen nog enkele dagen op een koele plaats. Pompoenen die bij de oogst nog niet helemaal rijp zijn, rijpen vaak nog verder als ze al geplukt zijn. die zijn pas op zijn lekkerst in December.