Bloemkool
Informatie
2500 jaar geleden was de bloemkool al bekend in Turkije en Egypte. Ze kwam nog voor het jaar 1500 naar onze streken. Van bloemkool eet je niet het blad maar de bloem zelf: de verdikte en vervormde bloemstengels, die samen met de onontwikkelde bloemknoppen en schutbladeren, een witte vlezige massa vormen die aan de oppervlakte gesloten en korrelig van uitzicht is. Bloemkool wordt beschouwd als een zeer fijne en lekkere groenten, die zowel rauw als gekookt populair is.
Oogsten en bewaren
Het juiste oogsttijdstip is vóór de kool aan de zijkant los begint te worden. In de zomer kan dat erg snel gaan. Loop langs het bed om een mooi exemplaar uit te zoeken. De witte variant is soms toegedekt met haar eigen bladeren, om te voorkomen dat de wittekool verkleurd. Spiek voorzichtig onder de bladeren om te kijken of de krop de gewenste grootte heeft. Het voornaamste oogstcriteria voor een bloemkool is dat de krop stevig en compact moet zijn. De grootte van de krop wil niets zeggen over hoe oogstbaar de bloemkool is. Net als bij de broccoli zit er weinig tijd tussen het juiste oogstmoment en een doorgeschoten plant. Wanneer je een mooi exemplaar op het oog hebt, zet je je mes vrij ver onder de kop in de steel. Zo voorkom je dat je de bloemkool zelf raakt. Alle bladeren die je niet mee naar huis wilt nemen, kun je afsnijden en in de groenbak deponeren.
Ontdoe de bloemkool van haar overtollige blad. Verwijder eventueel het vuil door de krop te wassen onder de kraan. Wikkel de krop in een vochtige theedoek, om uitdroging te voorkomen. In de koelkast is bloemkool 5-7 dagen houdbaar.